Nu we terug onderweg zijn naar het zuiden worden de busritten er niet korter op. Om het zitten wat te onderbreken maakten we een tussenstop in Trujillo, de 3de grootste stad van Peru. Trujillo zelf heeft weliswaar een oud centrum in vrolijke kleuren maar de echte bezienswaardigheid is een pre-columbiaanse stad volledig opgetrokken uit adobe, een reuze zandkasteel dus. Wij bezochten de regenboogtempel, in het midden van een troosteloze buitenwijk en één paleis buiten de huidige stad dat voor een groot deel gereconstrueerd is inclusief decoraties in relief op alle muren. Vooral de grootsheid was indrukwekkend, zeker als je weet dat er over 25km2 resten van zulke bouwwerken zijn teruggevonden.
23 juli 2008
Cuenca en Cajas
Vanuit Baños ging het dan eindelijk richting Cuenca (voor diegenen die het niet moesten weten hier ben ik, Margo, 3 jaar geleden geweest voor mijn thesis). Voor de verandering eens geen zoektocht naar een hostel, zoals afgesproken werden we aan het busstation opgehaald en naar een woning in de betere buitenwijken gebracht alwaar een vers sapje en avondmaal op ons wachtte.
Na op vrijdagavond Cuenca in het donker te hebben bewonderd en met iedereen wat bijgepraat te hebben, willen we de zaterdag toch goed besteden dus nemen we de bus richting Cajas, een Nationaal Park ten westen van de stad. Lichtjes verfrommeld klommen we een dik uur later over een kind, een man en een aantal pakken uit de bus om aan een wandeling van een uur of 4 te beginnen. Deze bracht ons door veenachtig gebied naar een bos met vreemde roos-rode bomen. Het elfenbos uit Lord of the Ring heeft er in onze beeldvorming serieuze concurrentie bijgekregen. Vanuit het bos ging het via een riviertje verder richting meren waarna een zeer verloederde inkaweg ons terug naar ons beginpunt bracht.
Na een rustige dag konden we wel enige spanning gebruiken, geen nood een Ecuadoriaans-Puerto Ricaanse familie ui Orlando op vakantie in Ecuador sleepte ons in hun vlucht voor de koude mee in een geautostopte wagen met een gezin uit Cuenca, met 4 kinderen in de koffer, 4 vrouwen op de achterbank een bestuurder en wij tweëen vooraan zetten we koers richting stadscentrum. Onderweg holde echter een vrolijk zwaaienden oma over de baan, helaas, ze bleek niet vrolijk maar waarschuwend te zwaaien hetgeen noch wij nog haar varken goed begrepen wat tot een aanraking tussen beiden leidde. Wij hebben er geen last van gehad, over het varken kunnen we geen uitsluitsel geven aangezien zo'n beest wel 200 dollar kan kosten en stoppen dus geen optie was.
Terug in het centrum werd dit deze keer bij daglicht bekeken en wandelden we als volleerde stedenbouwkundigen langs de Tomebamba onderzoek plegend naar functionaliteit van de nieuwe aanleg. De avond werd nuttig besteed aan het ontdekken van de plaatselijke pleinen en het onderzoeken van de salsa en andere bewegingen van de Ecuadorianen.
22 juli 2008
Naar het regenbos
Van Puerto Lopez gingen we terug naar de gigantische busterminal van Guayaquil. Hiertegen lijkt het centraal station van 't Stad een bushalte: 120 perrons verdeeld over 3 verdiepen allemaal netjes verdeeld met kleuren codes per regio. Zonder problemen sprongen we dus op de bus naar Riobamba alwaar we een tour gingen doen met Jules Verne, waarmee Margo eerder al de donkere diepten van de jungle bezocht. Helaas bleek de Jules inmiddels zijn prijs te hebben verhoogd tot een, voor ons, onaanvaardbaar niveau en is er in Riobamba geen ander reisbureau te vinden. Dat werd snel opgelost met een bus naar Baños, wat slaat op de thermische baden aldaar, niet op een grote hoeveelheid wc´s.
We namen het risico om een Adventure tour te doen, wetende dat het grootste adventure meestal de prijs omlaag krijgen is. Samen met 2 Fransen, 2 Nederlanders en een Canadees-US koppel trokken we de jungle in. Tot onze grote vreugde mochten we ons daar als volleerde idioten laten beschilderen met rood spul en daarna modder. Gelukkig bleef het bij enkele krampachtige pogingen om Disneyland na te apen en was de omgeving best wel speciaal. Onze, wat teruggetrokken, gids bleek behoorlijk veel te weten over de planten en dieren. Gecombineerd met een groep met gelijkgestemde geesten werd het dus een leuke 3 dagen. De eerste dag gingen we raften en bleven droog, de laatste dag gingen we een stukje in een kano dit keer wat natter. De kano liep vast in een stroomversnelling en spoelde al snel vol water, de bestuurder keek wat angstig rond terwijl wij rondzwommen in zijn kano. Zij die Erik hebben uitgelachen met zijn nieuwe speelgoedje: de waterdichte zak, kunnen berouw hebben: onze camera en wc-papier gingen volledig onder water, maar vertoonden geen spoor van nattigheid.
De fotos volgen later ...
14 juli 2008
Puerto Lopez en Isla de la Plata
We naderen de evenaar en dalen af vanuit de bergen, dat kan alleen maar warmte met zich meebrengen. Inderdaad Guayaquil en Puerto Lopez zijn vochtig en hoewel het winter is behoorlijk warm. Gelukkig brengt aan de kust een zeewind wat verkoeling. De eerste dag in Puerto Lopez brachten we zoals het een goed toerist betaamd een bezoek aan Isla de la Plata, ook wel het Galapagos voor de arme mensen genoemd. Onderweg naar het eiland heb je in deze tijd van het jaar 80% kans om bultrugwalvissen te zien. We hebben het geweten, hoewel ze jammer genoeg niet gesprongen hebben, kwamen ze tot op een goede 10m van de boot. Erik vond ze niet zo indrukwekkend als hij zich ingebeeld had maar een goede 14m lang voor de mannetjes en 16 voor de vrouwtjes en een 30-tal ton zwaar. Hij had liever 50m lange blauwe vinvissen gezien maar die hadden ze niet in voorraad.
Het eiland zelf is vooral een paradijs voor vogellieverhebbers. Behalve verschillende types boobies (geen idee hoe die in het nederlands heten) onder meer een soort met blauwe poten die hun partner kiezen bij het doen van een dansje, zagen we ook albatrossen en pelikanen en kregen uitleg over de volledige flora van het eiland en dus ook het kustdeel van het nationaal park op het vaste land dat we de volgende dag bezochten.
Uit eten gaan in België zal nooit meer hetzelfde zijn en scampi´s bestellen we zeker niet meer. Waar je bij ons kiest tussen 6 of 8 stuks uit een plastieken diepvrieszakje, bestel je in Puerto Lopez een pasta met camarones, zoals dat dan heet, je hoeft er niet naar te zoeken, een 20-tal is het minimum,´s ochtens op het strand en ´s avonds op je bord.
Het eiland zelf is vooral een paradijs voor vogellieverhebbers. Behalve verschillende types boobies (geen idee hoe die in het nederlands heten) onder meer een soort met blauwe poten die hun partner kiezen bij het doen van een dansje, zagen we ook albatrossen en pelikanen en kregen uitleg over de volledige flora van het eiland en dus ook het kustdeel van het nationaal park op het vaste land dat we de volgende dag bezochten.
Uit eten gaan in België zal nooit meer hetzelfde zijn en scampi´s bestellen we zeker niet meer. Waar je bij ons kiest tussen 6 of 8 stuks uit een plastieken diepvrieszakje, bestel je in Puerto Lopez een pasta met camarones, zoals dat dan heet, je hoeft er niet naar te zoeken, een 20-tal is het minimum,´s ochtens op het strand en ´s avonds op je bord.
Naar het noorden: Lima en Guayaquil
Af en toe wil een mens eens in een bus zitten en om aan die drang te voldoen, besloten we, na onze zitpauze in Abancay, er een goede lap op te geven. Vanuit Abancay ben je op 13 uur in Lima, zeker met onze prachtige Cruz del sur bus. Van onze werkgevers moesten we zeker die maatschappij nemen en om de goede vrede te bewaren deden we dat dan ook. Hun foldertje zegt al dat ze willen innoveren, maar het was toch nog wel hipper dan verwacht. Bovenop de standaard zeer comfortabele zetels, krijg je hier draadloos internet aan boord, 2 wc´s, uitgebreidere maaltijden, sateliet controle van de snelheid (om overvallen en overtredingen te detecteren) en gegarandeerde wissels van chauffeurs elke vier uur. We waren onder de indruk.
In Lima hadden we 5 uurtjes om het centrum te bekijken en een bus naar ecuador te regelen. We bezochten het typische dambord centrum en, hoewel er weinig uitschieters zijn, is het centrum van Lima zeker niet lelijk. De omgeving daarentegen ... 7.8 miljoen mensen in een oase die hoogstens 500 meter breed was, hebben geleid tot uitgestrekte armzalige woonwijken vol stof, zand en afval.
Voor onze rit naar Ecuador was er enkel "Royal class" beschikbaar: drie zetels geraken nauwelijks naast elkaar in de bus. De service was wat minder, maar de prijs was er ook naar: de helft van Cruz del Sur voor de dubbele afstand. Tot onze eigen grote verbazing hadden we een rustige nacht waarin we veel sliepen en toen we om 17 uur na 26 uur in de bus eindelijk aankwamen, zat er nog genoeg fut in om Guayaquil te bezoeken alwaar in een park leguanen vrolijk rondhossen (foto) en iemand veel geld heeft verdiend met de, geslaagde, heraanleg van de rivier oever.
7 juli 2008
Naar Choquequira
Enkele jaren geleden werd een nieuwe inca-ruine ontdekt, vijf keer groter dan Machu Picchu en ver verwijderd van elke huidige bewoning. Inmiddels is het toerisme op gang aan het komen en is 20% van onder het stof en de bomen gehaald. Toerisme bureaus bieden tours aan vanuit Cachora die vijf dagen in beslag nemen: 2 dagen heen, een dag bezoeken en terug.
Uw nederige onderzoekers hadden echter geen vijf dagen en 200 dollar voorzien, maar wilden u toch enkele fotos van dit toekomstige massatoerisme object bezorgen. Een uitvoerig kruisverhoor van de locals leverde op dat er nog een mogelijkheid is: een taxi uit Abancay naar Huanipaca kan, mits betaling, nog verder rijden naar Kiuñalla, van waaruit je Choquequira kan zien liggen. Het enige wat je moet doen is een rivier oversteken en 6 km in vogelvlucht afleggen.
Eén probleem: Kiuñalla ligt op 3200 meter, Choquequira ligt op 3300 meter en de rivier, die ligt op 1500 meter. Voor de wiskunde leken: dat komt neer op 1700 meter dalen en 1800 meter stijgen. Er zat dus niet veel anders op dan volgend plan te verzinnen en uit te voeren: 's ochtens vertrekken uit Abancay (4.45 am), vanuit Kiuñalla afdalen tot aan de rivier (7.50 tot 10.15) en vervolgens weer te klimmen tot Choquequira (10.45 tot 16.00).
Om vier uur zetten we onze betrouwbare ASadventure tent op vlakbij de ruïnes, tussen de groepen toeristen die van de ander kant komen en na een praatje te hebben gemaakt kruipen we vroeg in de slaapzakken want morgenavond moeten we terug in Abancay staan.
Na een ontbijt om 5.30, staan we de volgende ochtend in de ruines klaar om de eerste zonnestralen op de gevoelige plaat vast te leggen, drie uur later hebben we alles gezien en beginnen aan de terugtocht. Die leidt eerst naar de rivier, 1800 meter lager, en vervolgens naar Tambobamba 500 meter hoger en 10 km verder. Om vijf uur ´s avonds vinden we daar onze taxi en moe, maar voldaan staan we om negen uur terug in Abancay.
Uw nederige onderzoekers hadden echter geen vijf dagen en 200 dollar voorzien, maar wilden u toch enkele fotos van dit toekomstige massatoerisme object bezorgen. Een uitvoerig kruisverhoor van de locals leverde op dat er nog een mogelijkheid is: een taxi uit Abancay naar Huanipaca kan, mits betaling, nog verder rijden naar Kiuñalla, van waaruit je Choquequira kan zien liggen. Het enige wat je moet doen is een rivier oversteken en 6 km in vogelvlucht afleggen.
Eén probleem: Kiuñalla ligt op 3200 meter, Choquequira ligt op 3300 meter en de rivier, die ligt op 1500 meter. Voor de wiskunde leken: dat komt neer op 1700 meter dalen en 1800 meter stijgen. Er zat dus niet veel anders op dan volgend plan te verzinnen en uit te voeren: 's ochtens vertrekken uit Abancay (4.45 am), vanuit Kiuñalla afdalen tot aan de rivier (7.50 tot 10.15) en vervolgens weer te klimmen tot Choquequira (10.45 tot 16.00).
Om vier uur zetten we onze betrouwbare ASadventure tent op vlakbij de ruïnes, tussen de groepen toeristen die van de ander kant komen en na een praatje te hebben gemaakt kruipen we vroeg in de slaapzakken want morgenavond moeten we terug in Abancay staan.
Na een ontbijt om 5.30, staan we de volgende ochtend in de ruines klaar om de eerste zonnestralen op de gevoelige plaat vast te leggen, drie uur later hebben we alles gezien en beginnen aan de terugtocht. Die leidt eerst naar de rivier, 1800 meter lager, en vervolgens naar Tambobamba 500 meter hoger en 10 km verder. Om vijf uur ´s avonds vinden we daar onze taxi en moe, maar voldaan staan we om negen uur terug in Abancay.
Design spulletjes
Na 3 maanden servies met bloemen en andere mottige kleuren, is design servies wel eens leuk. Dit handige cocktail en whisky setje, kost hier nauwelijks € 120. Prachtig toch!
De realiteit is dat dit onze twee hotel-glazen zijn, gemaakt van lege yoghurt bussen, maar kom, ze zien er toch niet slecht uit, he!
De realiteit is dat dit onze twee hotel-glazen zijn, gemaakt van lege yoghurt bussen, maar kom, ze zien er toch niet slecht uit, he!
3 juli 2008
Naar een waterval met de directeur
In het weekend hadden we uiteraard niet zo veel te doen dus was een voorstel van de directeur om samen met hem en zijn vrouw naar een of andere waterval te gaan een welkom idee. Uiteindelijk gingen er ook nog twee paarden, de eigenaar van de paarden en de dochter met vriendin mee.
De directeur heeft volgens collegae een zwaar rokers verleden, wij kunnen alleen maar vermoeden dat dat correct is, want de arme paarden mochten hem naar boven brengen. Zijn dochter rookt niet, maar veel beter ging het stijgen haar ook niet af. Daarmee is dus de stelling dat alle andesbewoners een goede conditie hebben van de tafel geveegd.
De watervallen zelf waren inderdaad wel mooi, hoewel voor ons het feit dat je zomaar uit het midden van de stad op 2 uur wandelen je alleen op de wereld kan wanen het indrukwekkendst was. Alleen op de wereld is wat overdreven want zelfs op de meest verlaten plek vind je hier akkertjes en een verloren koe, wat er op wijst dat er achter de hoek waarschijnlijk nog een familie woont. Deze mensen leven vaak op enkele uren lopen van de dichtstbijzijnde berijdbare baan en vaak ook geïsoleerd van alles wat als dorp of stad kan bestempeld worden. Onbereikbaar zijn deze kleine gemeenschappen echter niet te noemen. Onderweg komen we geregeld moeders en kinderen, al dan niet op een paard of ezel tegen die van of naar het dorp beneden gaan waar een busje komt dat je in afzienbare tijd over gedeeltelijk onverharde wegen tot in het stadscentrum brengt (hoe denk je dat wij hier geraakt zijn?).
´s Middags werd gepicknickt met zicht op de watervallen waarna deze met een bezoekje van kortbij werden vereerd. De stenen in de rivier waren behoorlijk glibberig maar onze apen- en andere kuren leverden wel mooie foto´s op, helaas voor onze gids ook een natte voet bij het evacueren van een wankele Javier en voor Erik een natte broek wegens de gekozen positie tussen de druppels. Na deze korte expeditie was het tijd voor een middagdutje alvorens de terugtocht aan te vatten. Deze verliep in omgekeerde volgorde van de heenweg enkel nog onderbroken voor het obligate glas maté en bord soep in het adobe huis van onze gids bijna in het dorp.
De directeur heeft volgens collegae een zwaar rokers verleden, wij kunnen alleen maar vermoeden dat dat correct is, want de arme paarden mochten hem naar boven brengen. Zijn dochter rookt niet, maar veel beter ging het stijgen haar ook niet af. Daarmee is dus de stelling dat alle andesbewoners een goede conditie hebben van de tafel geveegd.
De watervallen zelf waren inderdaad wel mooi, hoewel voor ons het feit dat je zomaar uit het midden van de stad op 2 uur wandelen je alleen op de wereld kan wanen het indrukwekkendst was. Alleen op de wereld is wat overdreven want zelfs op de meest verlaten plek vind je hier akkertjes en een verloren koe, wat er op wijst dat er achter de hoek waarschijnlijk nog een familie woont. Deze mensen leven vaak op enkele uren lopen van de dichtstbijzijnde berijdbare baan en vaak ook geïsoleerd van alles wat als dorp of stad kan bestempeld worden. Onbereikbaar zijn deze kleine gemeenschappen echter niet te noemen. Onderweg komen we geregeld moeders en kinderen, al dan niet op een paard of ezel tegen die van of naar het dorp beneden gaan waar een busje komt dat je in afzienbare tijd over gedeeltelijk onverharde wegen tot in het stadscentrum brengt (hoe denk je dat wij hier geraakt zijn?).
´s Middags werd gepicknickt met zicht op de watervallen waarna deze met een bezoekje van kortbij werden vereerd. De stenen in de rivier waren behoorlijk glibberig maar onze apen- en andere kuren leverden wel mooie foto´s op, helaas voor onze gids ook een natte voet bij het evacueren van een wankele Javier en voor Erik een natte broek wegens de gekozen positie tussen de druppels. Na deze korte expeditie was het tijd voor een middagdutje alvorens de terugtocht aan te vatten. Deze verliep in omgekeerde volgorde van de heenweg enkel nog onderbroken voor het obligate glas maté en bord soep in het adobe huis van onze gids bijna in het dorp.
S-ketchup in Abancay
Javier, de directeur van de school, ziet het groots: zijn project gaat het onderwijssysteem in Peru volledig hervormen. Dit naief, en soms behoorlijk luidruchtig, enthousiasme is zowat het belangrijkste wat je opvalt als je Javier bezig ziet. In ons jeugdig enthousiasme spraken we met hem af om een 3d tekening te maken van zijn toekomstige school en een maquette. Op dat moment waren we nog niet op de hoogte van het feit dat slechts een tiende van de school al op plan staat en dat we dus met inconsistente probeersel plannen moesten werken. Zelfs het hoogteverschil in het terrein was ons een raadsel: ergens tussen de 10 en de 30 meter.
Bovendien hebben we hier niet alle software zomaar terbeschikking, dus moest het hele geval in sketchup, niet meteen Margo´s favoriet en voor Erik een nobele onbekende. Wij zouden wij echter niet zijn als op een weekje tijd het hele school complex netjes in 3d voor Javiers neus stond, waarna we zijn opmerkingen verwerkten en aan tevens aan de maquette begonnen. We zien wel hoever we geraken.
Abonneren op:
Posts (Atom)