1 mei 2009

Ons terras

Ons terras is bekleed met tegels, een groot deel met dals, en kleiner deel ligt wat hoger en heeft oude binnen tegels. Dat vonden we niet zo mooi, dus togen we aan het werk:

Een taak kan je enkel uitvoeren met de goede tools, na enig zoekwerk vond ik dan ook deze praktische hulpmiddelen:

Met gezwinde spoed werd laag na laag uit het stukje terras gehaald. Een mens verschiet ervan hoeveel zand er onder tegels kan verstopt liggen. In het hoekje bleken grotere brokken steen te zitten dan elders. Met grote vlijt ramde ik dan ook mijn hamertje in het rond om een en ander te vermorzelen. Op een bepaald moment meende ik een vreemde echo te horen. Enig onderzoek toonde aan dat als ik boven op ons appartement klopte er beneden iets verschoof. Niet veel later stond onze onderbuurvrouw buiten om ons te melden dat er toch wel wat naar beneden kwam. Voorzichtig verder graven met een grote plastic op de onderbuurvrouw haar terras onthulde een oude afvoer opening:

Morgen vullen we het gat op. Breek dus nooit al te enthousiast je terras op!

Fotos online

De blog heeft even stilgelegen, maar er zijn inmiddels wel veel fotos getrokken. Deze kan je al bekijken via de welbekende link aan de linkerzijde.

6 december 2008

en weer terug...

naar het echte leven. Intussen zijn we alweer enkele maanden terug op Europese bodem. Behalve een occasioneel tripje over de grens bevinden we ons in het Antwerpse.
Waarschijnlijk is ons lezers aantal intussen al flink gedaald, maar wie weet zijn er toch nog geinteresseerden. Zo ja, dan laten jullie het maar weten en dan kunnen we proberen deze blog toch een beetje levend te houden. Indien geen reactie weet ik nog niet wat ermee zal gebeuren.

In eerste instantie zal ik dit medium dan maar gebruiken voor het aankaarten van de problemen uit het echte leven. Om aan eentje hiervan een klein beetje een oplossing te bieden kunnen jullie allemaal gaan kijken op:






20 november 2008

Chille in




De tijd dringt, dus worstelen we ons over de grens. (Met de chauffeur zijn rijbewijs als onderpand) Enkel opgehouden door de occazionele opstoot van darmproblemen komen we dan aan in San Pedro de Atacama. Een dorpje zo groot als een voetbalveld in de woestijn. De fotos zijn indrukwekkender dan woorden, maar neem het van ons aan: het is er leeg, doods en niet de plek om alleen te verdwalen.

21 augustus 2008

In een arm kloostertje


In Arequipa staat een klooster, en in dat klooster zat veel geld. Daarom zijn we daar eens gaan kijken. Een gelofte van armoede was hier niet het gebruik: elke non had een schamele 3 bedienden om haar bij te staan in het dagelijkse leven. Verder moest haar familie haar eten betalen en brachten zij de tijd door met wat handwerkjes en bidden. Tot 60 jaar geleden kwamen er behalve bedienden geen burgers het klooster in en leefden de nonnen in alle rust een luxe leventje. Nu hebben ze de nonnen in een heel wat minder rijkelijk gebouw gestoken en kan je als toerist genieten van de indrukwekkende binnenzijde.

8 augustus 2008

De heuveltjes van ...

In Peru hebben ze heuvels, ze hebben er veel en ze zijn niet laag. De cordillera blanca is namelijk de tweede hoogste heuvelketting in de wereld, hoog tijd dus om daar eens te gaan kijken en een wandelingetje te maken. De meeste toeristen kiezen Huaraz als basiskamp, maar wij vonden dat wat groot dus werd het Caraz, een uit de kluiten gewassen dorp met 14000 inwoners, gelegen vlakbij de ingang van de Quebrada Santa Cruz, de vallei die de mooiste zichten zou bieden. Opnieuw bleek er te weinig tijd over te blijven om de toeristen snelheid van 5 dagen te doen, dus kozen we voor een ietwat versnelde versie op eigen houtje die op 2.5 dagen rond zou moeten zijn. Dat verliep allemaal heel vlot met als uitzondering dat het punt met het mooiste uitzicht helemaal in de mist zat en dat we daarvoor 4800 meter omhoog moesten hijgen waarbij de hoogte toch wel haar tol eiste.
Ondanks dat alles waren de uitzichten op de andere dagen zeker de moeite waard en kunnen wij iedereen aanraden om deze tocht zonder begeleiding te doen: behoorlijk gemakkelijk en meer dan genoeg mensen die je kunnen helpen in geval van nood.
Tijd om te rusten is er niet dus vertrekken we de dag van terugkomst al meteen met een krakkelmikkige bus naar Lima. Het ding rammelt en schuddert, maar de remmen en de motor lijken in orde dus proberen we maar wat te slapen.

23 juli 2008

Een zandkasteel genaamd Chan Chan


Nu we terug onderweg zijn naar het zuiden worden de busritten er niet korter op. Om het zitten wat te onderbreken maakten we een tussenstop in Trujillo, de 3de grootste stad van Peru. Trujillo zelf heeft weliswaar een oud centrum in vrolijke kleuren maar de echte bezienswaardigheid is een pre-columbiaanse stad volledig opgetrokken uit adobe, een reuze zandkasteel dus. Wij bezochten de regenboogtempel, in het midden van een troosteloze buitenwijk en één paleis buiten de huidige stad dat voor een groot deel gereconstrueerd is inclusief decoraties in relief op alle muren. Vooral de grootsheid was indrukwekkend, zeker als je weet dat er over 25km2 resten van zulke bouwwerken zijn teruggevonden.

Cuenca en Cajas


Vanuit Baños ging het dan eindelijk richting Cuenca (voor diegenen die het niet moesten weten hier ben ik, Margo, 3 jaar geleden geweest voor mijn thesis). Voor de verandering eens geen zoektocht naar een hostel, zoals afgesproken werden we aan het busstation opgehaald en naar een woning in de betere buitenwijken gebracht alwaar een vers sapje en avondmaal op ons wachtte.

Na op vrijdagavond Cuenca in het donker te hebben bewonderd en met iedereen wat bijgepraat te hebben, willen we de zaterdag toch goed besteden dus nemen we de bus richting Cajas, een Nationaal Park ten westen van de stad. Lichtjes verfrommeld klommen we een dik uur later over een kind, een man en een aantal pakken uit de bus om aan een wandeling van een uur of 4 te beginnen. Deze bracht ons door veenachtig gebied naar een bos met vreemde roos-rode bomen. Het elfenbos uit Lord of the Ring heeft er in onze beeldvorming serieuze concurrentie bijgekregen. Vanuit het bos ging het via een riviertje verder richting meren waarna een zeer verloederde inkaweg ons terug naar ons beginpunt bracht.

Na een rustige dag konden we wel enige spanning gebruiken, geen nood een Ecuadoriaans-Puerto Ricaanse familie ui Orlando op vakantie in Ecuador sleepte ons in hun vlucht voor de koude mee in een geautostopte wagen met een gezin uit Cuenca, met 4 kinderen in de koffer, 4 vrouwen op de achterbank een bestuurder en wij tweëen vooraan zetten we koers richting stadscentrum. Onderweg holde echter een vrolijk zwaaienden oma over de baan, helaas, ze bleek niet vrolijk maar waarschuwend te zwaaien hetgeen noch wij nog haar varken goed begrepen wat tot een aanraking tussen beiden leidde. Wij hebben er geen last van gehad, over het varken kunnen we geen uitsluitsel geven aangezien zo'n beest wel 200 dollar kan kosten en stoppen dus geen optie was.

Terug in het centrum werd dit deze keer bij daglicht bekeken en wandelden we als volleerde stedenbouwkundigen langs de Tomebamba onderzoek plegend naar functionaliteit van de nieuwe aanleg. De avond werd nuttig besteed aan het ontdekken van de plaatselijke pleinen en het onderzoeken van de salsa en andere bewegingen van de Ecuadorianen.

22 juli 2008

Naar het regenbos


Van Puerto Lopez gingen we terug naar de gigantische busterminal van Guayaquil. Hiertegen lijkt het centraal station van 't Stad een bushalte: 120 perrons verdeeld over 3 verdiepen allemaal netjes verdeeld met kleuren codes per regio. Zonder problemen sprongen we dus op de bus naar Riobamba alwaar we een tour gingen doen met Jules Verne, waarmee Margo eerder al de donkere diepten van de jungle bezocht. Helaas bleek de Jules inmiddels zijn prijs te hebben verhoogd tot een, voor ons, onaanvaardbaar niveau en is er in Riobamba geen ander reisbureau te vinden. Dat werd snel opgelost met een bus naar Baños, wat slaat op de thermische baden aldaar, niet op een grote hoeveelheid wc´s.

We namen het risico om een Adventure tour te doen, wetende dat het grootste adventure meestal de prijs omlaag krijgen is. Samen met 2 Fransen, 2 Nederlanders en een Canadees-US koppel trokken we de jungle in. Tot onze grote vreugde mochten we ons daar als volleerde idioten laten beschilderen met rood spul en daarna modder. Gelukkig bleef het bij enkele krampachtige pogingen om Disneyland na te apen en was de omgeving best wel speciaal. Onze, wat teruggetrokken, gids bleek behoorlijk veel te weten over de planten en dieren. Gecombineerd met een groep met gelijkgestemde geesten werd het dus een leuke 3 dagen. De eerste dag gingen we raften en bleven droog, de laatste dag gingen we een stukje in een kano dit keer wat natter. De kano liep vast in een stroomversnelling en spoelde al snel vol water, de bestuurder keek wat angstig rond terwijl wij rondzwommen in zijn kano. Zij die Erik hebben uitgelachen met zijn nieuwe speelgoedje: de waterdichte zak, kunnen berouw hebben: onze camera en wc-papier gingen volledig onder water, maar vertoonden geen spoor van nattigheid.

De fotos volgen later ...

14 juli 2008

Puerto Lopez en Isla de la Plata

We naderen de evenaar en dalen af vanuit de bergen, dat kan alleen maar warmte met zich meebrengen. Inderdaad Guayaquil en Puerto Lopez zijn vochtig en hoewel het winter is behoorlijk warm. Gelukkig brengt aan de kust een zeewind wat verkoeling. De eerste dag in Puerto Lopez brachten we zoals het een goed toerist betaamd een bezoek aan Isla de la Plata, ook wel het Galapagos voor de arme mensen genoemd. Onderweg naar het eiland heb je in deze tijd van het jaar 80% kans om bultrugwalvissen te zien. We hebben het geweten, hoewel ze jammer genoeg niet gesprongen hebben, kwamen ze tot op een goede 10m van de boot. Erik vond ze niet zo indrukwekkend als hij zich ingebeeld had maar een goede 14m lang voor de mannetjes en 16 voor de vrouwtjes en een 30-tal ton zwaar. Hij had liever 50m lange blauwe vinvissen gezien maar die hadden ze niet in voorraad.

Het eiland zelf is vooral een paradijs voor vogellieverhebbers. Behalve verschillende types boobies (geen idee hoe die in het nederlands heten) onder meer een soort met blauwe poten die hun partner kiezen bij het doen van een dansje, zagen we ook albatrossen en pelikanen en kregen uitleg over de volledige flora van het eiland en dus ook het kustdeel van het nationaal park op het vaste land dat we de volgende dag bezochten.

Uit eten gaan in België zal nooit meer hetzelfde zijn en scampi´s bestellen we zeker niet meer. Waar je bij ons kiest tussen 6 of 8 stuks uit een plastieken diepvrieszakje, bestel je in Puerto Lopez een pasta met camarones, zoals dat dan heet, je hoeft er niet naar te zoeken, een 20-tal is het minimum,´s ochtens op het strand en ´s avonds op je bord.